De discussie over de onbelaste zelflevering van eigen opgewekte duurzame energie zit al enige tijd in een patstelling. De voorstanders zien niet in waarom zelflevering niet wenselijk zou zijn. De tegenstanders maken zich zorgen over de gevolgen voor de schatkist. Om de discussie vlot te trekken, is het belangrijk de argumenten voor en tegen zelflevering op een rij te zetten.
1Voors en tegens van zelflevering02-05-2013De discussie over de onbelaste zelflevering van eigen opgewekte duurzame energie zit alenige tijd in een patstelling. De voorstanders zien niet in waarom zelflevering nietwenselijk zou zijn. De tegenstanders maken zich zorgen over de gevolgen voor deschatkist. Om de discussie vlot te trekken, is het belangrijk de argumenten voor en tegenzelflevering op een rij te zetten.Tekst Henri Bontenbal, zelfstandig adviseur energie en duurzaamheid bij buro bontenbalWanneer een huishouden duurzame elektriciteit produceert met zonnepanelen op het dak van de eigenwoning, wordt een klein deel van deze stroom direct gebruikt en het grootste deel wordt aan hetelektriciteitsnet teruggeleverd. In de Elektriciteitswet en de Wet belastingen op milieugrondslag is deverplichting tot salderen opgenomen. Dit betekent dat energieleveranciers verplicht zijn de aan het netteruggeleverde elektriciteit in mindering te brengen op de afgenomen elektriciteit. Daardoor levertelke geproduceerde groene kWh hetzelfde op als ervoor betaald moet worden en kan dezonnestroominstallatie relatief snel worden terugverdiend.Waarom geldt deze regeling alleen voor zonnepanelen op het eigen dak (salderen achter de meter)?Waarom is het niet mogelijk een soortgelijke regeling te maken voor zonnepanelen die op een anderdak liggen, maar waarvan de stroom wordt verrekend met de energierekening van de eigenaar vandeze panelen (salderen v??r de meter)? Dit zou immers een oplossing zijn voor burgers die geengeschikt eigen dak hebben. Op dit moment staat de wet dit niet toe, omdat over levering vanelektriciteit aan een aansluiting energiebelasting moet worden betaald en dat geldt dus ook voorlevering van elektriciteit die in eigen beheer en bezit is opgewekt (zelflevering).Inmiddels werkt de overheid aan eenregeling waarin sprake is van een beperkteverlaging van de energiebelasting voorenergieco?peraties die duurzame stroomleveren aan de eigen leden. Over deuitwerking van deze maatregel wordt flinkgediscussieerd. Het is daarom goed deargumenten voor en tegen zelflevering derevue te laten passeren.Voors1. Zelflevering sluit aan bij een nieuwemaatschappelijke beweging, waarinburgers op diverse gebieden het heft ineigen handen nemen. Co?peraties voorbuurtzorg worden opgericht, oudersrunnen met elkaar een kinderdagverblijf en wijkbewoners gaan nu ook aan de slag metenergiebesparing en duurzame energie. Deze maatschappelijke beweging wordt gevoed door een sterkbewustzijn dat grote bedrijven een enorme afhankelijkheid hebben gecre?erd, maar niet zorgvuldigzijn omgegaan met de belangen van burgers, consumenten en het milieu. Burgers willen geenanonieme consument meer zijn, maar een verantwoordelijke burger, die bijdraagt aan een schoneleefomgeving en een leefbare buurt.2. Het collectief opwekken van duurzame energie geeft burgers handelingsperspectief. Zij kunnen zoeen rol spelen in de transitie naar een duurzame energievoorziening. Het ontbreken vanhandelingsperspectief kan verlammend werken. Daarnaast kan de eigen productie van duurzameenergie het energiebewustzijn vergroten, waardoor burgers zuiniger omgaan met energie. Wie zelfzonnestroom opwekt, is vaak ook extra geneigd het elektriciteitsverbruik te monitoren en te beperken.23. Veel duurzame energieprojecten stuiten op lokaal verzet. Burgers hebben vaak wel de lasten, maarniet de lusten van energieprojecten. Voorbeelden uit Denemarken en Duitsland laten zien dat lokaleparticipatie succesvol kan zijn om het draagvlak voor energieprojecten te vergroten. Wanneer demogelijkheid van participatie in energieprojecten gekoppeld wordt aan de mogelijkheid vanzelflevering, kan lokale energieopwekking een grote vlucht nemen. Ook op een hoger niveau kanzelflevering bijdragen aan meer draagvlak voor de energietransitie. Deze ingrijpende energietransitiezal merkbaar zijn in de portemonnee van burgers en in hun leefomgeving. Zonder draagvlak onderburgers is deze energietransitie niet mogelijk. Lokale duurzame energieproductie door burgers zou hetdraagvlak voor de energietransitie kunnen vergroten.Tegens1. De energiebelasting levert de schatkist ongeveer 4,1 miljard euro per jaar op (2011). Zelfleveringmogelijk maken, betekent dat hier een flinke hap uit wordt genomen. Door deze gemistebelastinginkomsten moet het geld ergens anders vandaan komen. Het zou goed zijn als voorstandersvan zelflevering met goede voorstellen voor de dekking van deze gederfde belastinginkomsten komen.Dit betekent overigens niet dat de energiebelasting en het doel daarvan in de discussie buiten schotkunnen blijven. Integendeel, dat is juist de kern van de discussie.2. De energiebelasting is van oorsprong primair een belasting om energiebesparing bij huishoudens testimuleren. Zolang energie schaars blijft, blijft het zinvol energiebesparing te stimuleren. Dit komt ookovereen met de eerste stap in de Trias Energetica. Wie pleit voor onbelaste zelflevering, pleit danimpliciet ook voor een andere grondslag van de energiebelasting.3. Wat betekent het mogelijk maken van zelflevering voor Nederland? We betalen met elkaar belastingom daarvan de collectieve uitgaven zoals zorg, infrastructuur, onderwijs en duurzame energie tekunnen betalen. We kunnen met belastingen schuiven of uitgaven verminderen, maar uiteindelijkmoet het totaalplaatje kloppen. Maatregelen die genomen worden, moeten mede worden beoordeeldop hun kosteneffectiviteit. De Salderingsregeling voor Duurzame Energie (SDE+) is bijvoorbeeldontworpen vanuit de gedachte dat we elke euro zo kosteneffectief moeten besteden. De uitrol vanduurzame energie in Nederland wordt voornamelijk via de SDE+ gefaciliteerd, zodat elke euro zoveelmogelijk duurzame energie oplevert. Dat betekent dat de duurzame energietechnieken die hetgoedkoopst zijn zoals bijvoorbeeld geothermie, wind op land en biovergisting als eerste wordengesubsidieerd. Het mogelijk maken van zelflevering zal leiden tot een groei van zonne-energie, maardat is een relatief dure techniek. Dat geld kan effectiever worden besteed. Voorstanders van salderingbeargumenteren dat extra btw-inkomsten de gederfde energiebelasting compenseren. Dat is onjuist,want deze investeringen gaan ten koste van andere btw-plichtige activiteiten.4. Grote zonnestroominstallaties en windturbines worden gesubsidieerd vanuit de SDE+. De regelingfinanciert de onrendabele top, waardoor oversubsidi?ring wordt voorkomen. Het voordeel dat optreedtals over elektriciteit uit een windturbine die geleverd wordt aan haar eigenaren, geen energiebelastinghoeft te worden betaald, is vele malen hoger dan de hoogte van de SDE+. Op die manier ontstaat ereen oneerlijk verschil tussen een energieproducent die slechts met SDE+-subsidie de businesscase vaneen windproject rond krijgt en een windco?peratie die met het fiscale voordeel van zelflevering haareigen leden van elektriciteit voorziet. Gewone energieleveranciers moeten op een eerlijk speelveldkunnen opereren. Het is ook de vraag of zelflevering voor windprojecten nog nodig is. Diversewindco?peraties laten zien dat een goed rendement kan worden behaald zonder zelflevering.5. Bij salderen v??r de meter ontbreekt de ??n-op-??n relatie met de onroerende zaak, terwijl dierelatie er bij salderen na de meter wel is. Wanneer de directe, belastingtechnische relatie tussen hetpand en de zonnepanelen wordt doorbroken (terwijl de fysieke relatie gewoon blijft bestaan) ontstaater ? door het degressieve karakter van de energiebelasting ? een groot verschil in de rentabiliteit vaneen investering in zonnepanelen. Of IKEA zelf investeert in een grote zonnestroominstallatie op hetdak van ??n van haar vestigingen of dat buurtbewoners dat doen op hetzelfde dak, maakt dan eengroot verschil voor de businesscase, terwijl er fysiek niets verandert.6. Ook de huidige salderingsregeling is een overheidsingreep in de energiemarkt. Energieleveranciers3worden verplicht voor teruggeleverde elektriciteit hetzelfde te betalen als zij in rekening brengen,terwijl deze teruggeleverde elektriciteit minder waard is door onbalanskosten en marges. Het feit datconsumenten nu op basis van ??n of twee tarieven afgerekend worden voor hun elektriciteit kan desuggestie wekken dat elektriciteit altijd evenveel waard is. Dat is niet het geval. Overigens bestaat hetgrootste deel van het tarief uit energiebelasting en zou een lager teruglevertarief van deenergieleverancier niet onoverkomenlijk zijn.7. Het argument dat er sprake is van een ongelijke behandeling van een woning m?t geschikt dak voorzonnepanelen en een woning zonder, is discutabel. Er zijn immers tal van verschillen die invloedhebben op de mogelijkheden voor duurzame energieproductie en energiebesparing in en om dewoning. Moet een hoekwoning (meer warmteverlies) fiscaal anders behandeld worden dan eentussenwoning? Mogen oude woningen met weinig energiebesparingsmogelijkheden minderenergiebelasting betalen? Is het niet juist wenselijk dat de energetische prestatie van een woning in dewaarde daarvan zichtbaar wordt? Is een woning met een geschikt dak niet meer waard dan een woningzonder geschikt dak, evenals een woning met veel zon in de tuin meer waard is dan een woning metweinig zon in de tuin?Waarom energiebelasting?De steeds terugkerende vraag is: waarom betalen we energiebelasting? Het antwoord op deze vraagbepaalt de visie op zelflevering. Over de energiebelasting moet eerst een stevige discussie gevoerdworden, want de huidige vormgeving is op langere termijn niet houdbaar. De verduurzaming van degebouwde omgeving, een forse toename van decentrale duurzame energieproductie en de transitienaar een duurzame energievoorziening in het algemeen verhouden zich niet goed met de huidigevormgeving van de energiebelasting. Van oorsprong is de energiebelasting een regulerende belastingen is deze budgetneutraal ingevoerd. De opbrengstfunctie van de energiebelasting is echter op devoorgrond komen te staan en de regulerende functie op de achtergrond. Daarin moet een correctieplaatsvinden.Het doel van de energiebelasting wasvan oorsprong al dubbelzinnig, maarenergiebesparing is toch het primairedoel. In het huidige energiebeleid isenergiebesparing sterk onderbelicht,terwijl dit in veel gevallen de meestkosteneffici?nte manier van CO2-reductie is. De Trias Energetica is nogsteeds een goede leidraad: eerstenergie besparen alvorens duurzameenergie te produceren. Het stimulerenvan energiebesparing zal daarom eenonderdeel moeten blijven van deregulerende energiebelasting. Datbetekent echter ook dat van eenvolledige vrijstelling voor zelflevering geen sprake kan zijn.Voor een antwoord op de vraag hoe de energiebelasting zou moeten worden aangepast zou een apartartikel nodig zijn. Van een quick fix kan in ieder geval geen sprake zijn; daarvoor is de verwevenheidmet andere instrumenten zoals het Europese Emissiehandelssysteem (ETS) en de SDE+ te complex.Hoe de energiebelasting wordt vormgegeven bepaalt ook deels in welke richting de energievoorzieningzich de komende decennia ontwikkelt. Zaken als het handhaven van de concurrentie van hetNederlandse bedrijfsleven en Europese regelgeving spelen ook een belangrijke rol. Het op kortetermijn mogelijk maken van zelflevering, of een beperkte vorm daarvan, is geen echte oplossing. Eenbredere discussie over de rol van energiebelasting in de energietransitie is nodig.
Reacties